Wat betekent dat wij dichterbij Allah komen terwijl Hij in de Kuran zegt dat Hij dichterbij ons is dan onze slagaderen?


De uitdrukking “dichterbij” zoals omschreven in de vraagstelling heeft niets te maken met afstand en ruimte. Het dichtbij Zijn van Allah houdt onder andere in dat Hij alle behoeftes voorziet, dat elke functie van een cel wordt uitgevoerd middels Zijn kennis en macht, dat Hij genadiger is jegens een mens dan hijzelf, etc. Het dichterbij Allah komen houdt in dat een mens zich begeeft op het pad waar de tevredenheid van Allah zich bevindt. De ontwikkeling van geloof, het opdoen van kennis en oprechtheid binnen daden zijn middelen om Allah te benaderen.

Ver, dichtbij, verledentijd en toekomst zijn uitdrukkingen die gaan over tijd en ruimte. Materie en schepsels die ruimte innemen zijn tot elkaar op een bepaalde afstand. Allah, Die ongebonden is aan materie en ruimte, is overal in de ruimte nog dichter bij de zielen van de schepselen dan de schepselen zelf. Zodoende, Allah die niet gebonden is aan tijd is nog dichter bij de zielen van de schepselen die wel gebonden zijn aan tijd.

De afstand tussen Allah en de schepselen en andersom is niet met de maatstaven van tijd en ruimte af te meten. Bijvoorbeeld, de zon is door middel van haar licht, stralen, kleuren en warmte ons dichtbij, maar wij zijn ver verwijderd van haar. Zo eveneens is Allah dichtbij ons met de manifestaties van Zijn namen, maar toch zijn wij ver verwijderd van Hem.

De uitdrukkingen afstand en nabijheid worden ook in een hadisul-kudsi als volgt omschreven:

“Met extra gebeden nadert Mijn dienaar Mij.”[1]

Deze overlevering onderwijst ons dat het een spirituele nadering is. Extra gebeden zijn de gebeden, bezinningen, steun en dankbetuigingen na uitvoering van de verplichte gebeden. Met de intentie om dichter bij zijn Heer te komen, zijn hart te verrijken en zijn leven op pad van de tevredenheid van Allah te spenderen.

Een dergelijke dienaar verlegt spirituele grenzen en komt dichterbij Zijn heer. Stel een grote geleerde voor. Zijn studenten bevinden zich allen in dezelfde leerschool en krijgen allen les van hem. Een pas begonnen student zal vanwege zijn beperkte kennis, ondanks de nabijheid van zijn docent, een afstand waarnemen. Het begrijpen van zijn docent zorgt voor de afstand. Naarmate tijd verstrijkt en de student onderwezen wordt door zijn docent, zal de afstand afnemen, de respect en bewondering voor zijn docent zal toenemen.

De geleerde daarentegen staat in elke fase van zijn leerling dichtbij hem. Hij onderwijst zijn leerling en zorgt voor zijn ontwikkeling. Afstand heeft hier slechts betrekking op de leerling, niet op de docent. Bij een onvolmaakte persoon die discipel wordt van een volmaakte weli is het net zo. Hoe verder de discipel zich spiritueel ontwikkelt, des te meer hij kan profiteren van de spirituele wereld van die weli. Die weli staat daarentegen te allen tijde dichtbij zijn discipel door elke spirituele fase van zijn discipel te volgen. Afstand geldt voor de discipel, niet voor de weli.

Als we van de voorbeelden naar de werkelijkheid gaan, zien we dat Allah dichterbij Zijn dienaar staat dan de ziel van Zijn dienaar door onophoudelijk zijn spirituele en materiële wereld op te voeden. Een dienaar daarentegen, met zijn begrensde attributen en tekortkomende kwaliteiten, staat ver van het begrijpen van Allah, Bezitter van eindeloze en onbegrensde attributen.

Footnotes

  1. ^ Bukhari, Rikak 38

Gerelateerde vragen